‘Ga jij deze woning schoonmaken?’ zag ik verschijnen op mijn telefoonscherm. Het was een WhatsApp bericht van een vriend. Het bericht werd opgevolgd door een link naar een nieuwsartikel over een man die jaren dood in zijn woning had gelegen.
De woning werd verhuurd door een van onze opdrachtgevers. Ik berichtte mijn contactpersoon, en vroeg of ik alvast een dag moest reserveren in onze agenda. ‘Dat is vooralsnog niet nodig’ antwoordde hij. Twee weken later werd ik dan toch gebeld. De woning moest worden schoongemaakt.
De overledene was een oudere man. Hij woonde al jaren in het appartement maar had weinig contact met zijn buren. Vermoedelijk lag hij daar 3.5 jaar voordat zijn lichaam werd gevonden.
Er waren twee meldingen geweest over de buurman. Niemand maakte zich echter grote zorgen. Men dacht dat hij in het buitenland verbleef. De huur werd keurig iedere maand op tijd betaald door middel van automatische incasso. Hierdoor was er geen directe reden tot zorg.
Uiteindelijk werd toch de politie ingeschakeld. Toen niemand reageerde op hun gebonk op de deur, werd deze met veel geweld opengebroken. Binnenin het appartement troffen ze het lichaam aan op de woonkamervloer.
Nu stond ik op een koude herfstochtend in deze zelfde woonkamer. Op de plek van overlijden was een dikke laag, aangekoekte smurrie te zien die gedeeltelijk werd bedekt door handdoeken. Eromheen stonden een stuk of twintig grote, kartonnen dozen. ‘International Transport’ stond erop gedrukt.
Ik probeerde een van de dozen op te tillen, om te kijken hoe zwaar deze zou zijn. ‘Mijn God!’ riep ik naar mijn collega, ‘dit zijn zware jongens.’ De dozen wogen minstens 50 kilo per stuk. Ongeveer de helft ervan waren verzadigd met lijkvocht dat via de vloer in de dozen was getrokken.
Omdat er weinig bewegingsruimte was besloten we eerst de dozen stuk-voor-stuk in te pakken en naar beneden te tillen. Nadat wij twaalf dozen hadden verwijderd namen we een rustpauze. Hierna kon ik de handdoeken op de vloer verwijderen, en goed bekijken waar we nou precies mee te maken hadden.
Er was geen lichaamsafdruk te zien. Er was enkel een grote, donkere massa aanwezig van ongeveer twee vierkante meter groot. Alsof iemand tuinaarde op de vloer had gegooid, en dit vervolgens nat had gemaakt. Op sommige plekken zag je natte, vierkante afdrukken van de kartonnen dozen die zojuist door ons waren verwijderd.
Terwijl ik de vloer aan het uitsnijden was ging er geen enkele emotie door mij heen. Zelfs de foto’s van hem, die op een kleine tafel waren uitgestald op nog geen anderhalve meter afstand van de overlijdenslocatie, konden mij niet tot beweging brengen. De fysieke inspanning slokte al mijn energie op. Pas nu ik rustig thuis zit en dit schrijf, komen de emoties naar boven.
Ik moet terugdenken aan het gegeven dat hij gedurende zijn leven niet werd gezien (anders zou je niet meer dan drie jaar dood in huis liggen). Maar ook dat ik, de persoon die zijn restanten kwam opruimen en hem het laatste eerbetoon kon tonen, hem niet zag. Een schim, waarover je twijfelt of hij überhaupt ooit heeft bestaan.
Over Tuğrul
Tuğrul Çirakoğlu is een Nederlands ondernemer, columnist, schrijver, spreker en vlogger van Turkse afkomst. Momenteel is hij directeur van Frisse Kater BV en woont en werkt in Amsterdam. Tuğrul was van januari 2021 tot december 2022 columnist voor Het Parool met een wekelijkse column in PS Het Parool.
Geef een reactie